Een rondje osteopaat was confronterend, eerder deze week. Blokkades all over. Van hoofd tot bekken en enkel. Niet dat ik overduidelijke klachten had. Nee, eerder vage kwaaltjes. Beetje moe, beetje dit, beetje dat. Je kent dat wel. Ach ja, je gaat ook al richting 40, zegt mijn wederhelft dan smalend. De mantel der ouderdom, blijkbaar overal goed voor.
Maar de osteopaat wond er geen doekjes om, laat staan mantels. Het ging van krak en krak en nog eens krak. Ben je er klaar voor, vroeg ze. Niet wetende wat ik moest verwachten, knikte ik maar stoer van ja. Totdat ze zich met het volle gewicht op mijn middelste ruggenwervel zette. Gaat het? Ik kreeg er geen zuchtje uit - laat staan een woord, wegens de benarde toestand waarin ik me bevond, maar...het ging. En zelfs veel beter nu. Wat een verlichting! Bijna als een dartel veulen verliet ik de praktijk.
Ik nam me voor om regelmatiger te gaan. Ook met de kinderen. Eén keer per jaar, al was het maar preventief. Zo ging ik ook met de oudste zoon.
En ik moest slikken, toen ik hem daar zo -met zijn bijna 1m45- languit zag liggen op de kraaktafel. Visioenen van een klein baby'tje katapulteerden me plots terug in de tijd. Bijna 10 jaar geleden nu. Op diezelfde tafel. In dezelfde praktijk. Krampjes teisterden toen zijn kleine lijfje, ocharme.
10 jaar later is hij maar liefst een meter gegroeid. Eet hij 's avonds niet één, maar twee of zelfs drie borden spaghetti. Vraagt hij naar wanneer hij eindelijk een Facebook-acount mag. Of nog beter: een smartphone. Mijlpalen zijn het. Zucht...
Maar daar in die praktijk was hij toch nog even mijn kleine hummeltje van weleer. Stoer knikte hij van ja, toen de osteopaat vroeg of hij er klaar voor was.
En mama kreeg een krop in de keel...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten